Sponsoring leraren
Het had 30 jaar geleden tot voor kort geen zin een nieuwe school te bouwen zonder het salaris van twee of meer leraren te sponsoren. Als de school in vijf jaar een voldoende aantal leerlingen had bereikt, dan pas werden er enkele leraren door de overheid in dienst genomen. Het aantal leraren dat wij hebben gesponsord hing af van het aantal leerlingen in combinatie met wat het dorp zelf als eigen bijdrage kon inbrengen. Met elke school maakten we de afspraak dat het aantal door ons gesponsorde leraren weer zou worden afgebouwd zodra zij op eigen benen kunnen staan.
In het verleden kregen gelden van medefinancieringsorganisaties zoals Edukans. Helaas was deze vorm van medefinanciering voor o.a. het aanstellen van leraren, niet meer mogelijk als gevolg van de door de Nederlandse regering opgelegde policy. Het was daarna vaak een puzzel om het aantal benodigde leraren, de afbouwafspraken en de steeds veranderende officiële lerarensalarissen met elkaar in balans te brengen.
We danken alle begunstigers die het onderwijs hiermee hebben gesteund en vooral ook het personeel en bestuur van waterschap Vallei en Veluwe die al jaren lang, 4 tot 6 salarissen bij elkaar hebben gebracht. In 2017 betaalden we nog de salarissen van 18 leraren, per 1 april 2023 worden de betaling van de laatste salarissen gestopt. Van de school in Daduwa hebben we een brief gehad waarin ze aangeven hoe ze na de stopzetting in april ’23 willen verder gaan. zie ….
De salarissen die door de regering aan leraren van overheidsscholen werden betaald waren hoger dan wat wij konden betalen. In 2017 bedroegen de salarissen voor ‘onze’ leraren: klas 1-5: 1300 euro per jaar, klas 6-8: 1560 euro per jaar, klas 9-12: 2015 euro per jaar
Onderwijs verbeteringsprojecten
Aan het Nepalese onderwijssysteem viel veel aan te merken. Voor 2005 kon een leerling die klas 10 had voltooid al les gaan geven aan de eerste vijf klassen. Het is begrijpelijk dat de kwaliteit heel laag was. Leraren moesten daarna ook voor de laagste niveaus gekwalificeerd zijn.
Een probleem dat veel langer heeft gespeeld is dat de regering weliswaar had vastgesteld hoeveel kinderen er maximaal per leraar mogen zijn, maar dat dit beleid niet in praktijk werd gebracht. Het gevolg was dat er te weinig leraren op de scholen waren, of dat de scholen extra leraren probeerden aan te trekken, onder de voorwaarde dat salarissen gedeeld zouden worden. Klassen met ca. 100 kinderen kwamen voor.
Mede door onze projecten heeft er op grote schaal bewustwording plaats gevonden dat er kwaliteitsverbetering van het onderwijs nodig is. In 2013 hebben wij een cursus hiervoor gefinancierd voor 18 leraren van 11 verschillende scholen, waaronder de door ons gesponsorde scholen. De training is gedurende twintig dagen gegeven door vijf trainers van een Nepalees onderwijs instituut. De cursus richtte zich op het verbeteren van het Engels van de leraren en op het verbeteren van de didactische kennis zodat ze met simpele leermethoden beter Engelse les zouden kunnen geven.
De leraren die hadden deelgenomen, waren erg enthousiast. Twee cursussen volgden daarna met Engels, wiskunde en science.
De leraren van de school in Mechchhe Pauwa hebben daarna het initiatief genomen voor het verder organiseren van deze cursussen en zijn ook gastheer geworden voor de trainingen. Wel was nog ondersteuning van Madat nodig.
Voor de cursus van het najaar van 2017 kregen wij de volgende aankondiging toegestuurd: Teacher Training program for mathematics and science for primary and lower secondary level teachers. Twenty teachers will participate in the training package of 12 days. There will be three packages of each four days. The training will include Teaching methodology, Material development and Use of creative thinking in class room teaching learning. Facilitators of government education office will provide certificates to the trainees at the end of all packages.
Op districtsniveau werden sinds 2017 ook trainingen voor leraren georganiseerd. Wij konden ons dus terugtrekken. Echter, na 2017 zijn veel taken overgeheveld van de centrale regering naar de districten en gemeenten en zijn deze trainingen weer gestopt. Men wist niet meer wie verantwoordelijk was en waar het geld vandaan moest komen.
Schoolbibliotheken
De eerste bibliotheek die we ondersteund hebben met een bedrag van 1500 euro, was een privé school in Kathmandu, de Birat Boarding School. Hier werd op een bijzondere en enthousiaste wijze les gegeven en de leerlingen waren toe aan een bibliotheek. Ook deden we hier de eerste ervaring op hoe we schoolbibliotheken in de bergdorpen konden inrichten.
In de bergen was er wel een leerproces voor het uitlenen van boeken nodig. Na onze eerste donatie aan een school in Thulo Parsel, werden de boeken meteen in kasten opgeborgen. Leerlingen mochten een keer per week onder toezicht enkele uren na schooltijd in de boeken kijken. Ze waren bang dat de boeken niet of vies zouden terug komen. Het duurde even voordat het begrip ‘boeken uitlenen’ vorm had gekregen.
Samen met Edukans konden we vanaf 2011 een aantal kleine bibliotheekjes inrichten. Deze bestond dan uit een afsluitbare kast voor de boeken, een tafel en een aantal stoelen en natuurlijk boeken. De school in Daduwa kreeg meer Engelse boeken dan de andere scholen, omdat daar veel beter Engels werd onderwezen. Een belangrijk deel van de boeken bestond uit lesboeken, omdat daar een groot tekort aan was en leerlingen boeken moesten delen. We hebben ervoor gezorgd dat er ook gewone leesboeken werden aangeschaft. Men moest wennen dat het in een bibliotheek vooral om léésboeken gaat en niet om léérboeken.
Studentenbibliotheek
In Bhaktapur hebben we in 2010 twee studentenbibliotheken ondersteund met bedragen van ca 500 euro voor de aanschaf van studieboeken. Het zijn bibliotheekjes die door studenten zelf gerund worden. Studenten die na de tiende klas een vervolgstudie doen, halen hier vaak hun studieboeken die ze dan voor een maand kunnen lenen. Een vrouwenorganisatie hebben we aan literatuur en magazines geholpen met informatie waar zij behoefte aan hadden. Deze vorm van hulp is nu niet meer nodig. Het op- en inrichten van bibliotheken wordt als noodzakelijk ervaren en daardoor als een overheidstaak gezien.
Computeronderwijs
In het stedelijk gebied krijgen leerlingen in de lagere en middelbare school computeronderwijs. Dat was niet zo in de bergen. Daar zijn drie redenen voor: de onderwijzers kunnen zelf geen computeronderwijs geven, er is geen of weinig elektriciteit en/of er is geen internetverbinding. Leerlingen in de bergen lopen hierdoor een belangrijke ontwikkelingsachterstand op ten opzichte van leerlingen in de grote steden. Dat maakt het moeilijker om aan een baan te komen.
Toen het dorp Mechchhe Pauwa elektriciteit kreeg, kwam de vraag of we konden helpen met het sponsoren van een computerdocent en met de aanschaf van computers. Er zou binnen afzienbare tijd door de overheid voor internetverbinding worden gezorgd. We hebben vijf jaar het salaris van een computerdocente gesponsord en hebben vijf computers en een laptop voor de school aangeschaft. De school heeft zelf ook vijf computers aangeschaft. Er wordt goed computeronderwijs gegeven, maar ook na 7 jaar was het nog steeds wachten op de internetverbinding.
Voor de school in Jalbiri hebben we de helft van de benodigde computers gesponsord; de school betaalde zelf de andere helft en ook de docent. Door de aardbeving is er een binnenmuur op de computers gevallen. De school heeft via sponsoring van elders nieuwe computers kunnen aanschaffen. Hier is wel internetverbinding.
Voor de school in Daduwa hebben we drie computers en een laptop aangeschaft. Door de aardbeving was de school ingestort, maar de computers hebben het overleefd. Er wordt goed computeronderwijs gegeven en wat bijzonder is: het betreft kinderen van klas 1 tot 5.
In de overige lagere scholen is geen elektriciteit en de kennis om computeronderwijs op leerlingen over te dragen is nihil.